zondag 29 juli 2018

De vreedzame multiculturele samenleving



Kan een multi-etnische of multiculturele samenleving een vreedzame samenleving zijn? Als we afgaan op een aantal recente uitspraken van onze huidige minister van Buitenlandse zaken, dhr. Blok, is dat niet het geval. Hij zei onder andere geen enkel multicultureel land in de wereld te kennen waar mensen vreedzaam met elkaar leven.

Op die uitspraken is al veel commentaar gegeven. Dhr. Blok werd onder andere beticht van racisme en zijn aftreden wordt geëist. Ik kan het niet laten aan dat commentaar nog iets toe te voegen, vooral omdat een poging om voor mezelf helder te krijgen wat er m.i. het meest mis is met de uitspraken, me hielp om weer goed voor de geest te brengen hoe ik de samenleving zie. Ik werd daartoe overigens geprikkeld door een interessant draadje op Twitter, waarin de auteur aanzette tot discussie omdat hij, naar zijn zeggen, de woede over de uitspraken van Blok beter wilde begrijpen.

Ik neem dat draadje hieronder voor het gemak even over: 


































Dit betoog hielp mij om zijn onbegrip te begrijpen en het hielp me om mijn eigen gedachten te scherpen. En dat deed het door de focus die de auteur, Mark Thiessen, koos en door wat hij daarin wegliet. 
Hij richt zich op de uitspraak dat het diep in onze genen zit om te leven/werken met een overzichtelijke groep en dat we niet goed in staat zijn binding aan te gaan met onbekende mensen, en hij verwijst naar een wetenschappelijke ondersteuning daarvan (althans, naar een boek van de historicus Yuval Noah Harari, dat weliswaar een bestseller is maar de toets van de wetenschappelijke kritiek niet echt doorstaat). Vervolgens wijst hij op een (wetenschappelijk ook al niet onomstreden) oplossing die de psycholoog Joshua Greene aandraagt voor het wegnemen van de belemmering die dit oplevert voor vreedzaam samenleven: utilitaristisch, rationeel en doordacht denken als gedeeld waardensysteem. Thiessen gelooft niet dat dat mogelijk is, omdat de neiging om irrationeel, op basis van vooroordelen, te denken en handelen gewoonweg te sterk zou zijn. Tot zover -heel kort samengevat- de reden waarom hij niet snapt hoe de uitspraken van Blok worden gezien als racistisch/xenofoob etc.

Eerlijk gezegd vraag ik me af of het nu precies de uitspraak waarop Thiessen focusseert is, die het verwijt van racisme oproept. Volgens mij gaat het juist om wat hij weglaat. Maar daarover straks. Eerst de wetenschappelijke onderbouwing en de consequenties daarvan.

Allereerst: afgaande op een aantal recensies lijkt de literatuur die Thiessen noemt niet erg wetenschappelijk, maar eerder gepopulariseerde wetenschap gecombineerd met nogal persoonlijke en niet onomstreden inzichten. Ik kan dat moeilijk zelf beoordelen – ik ken dit veld nauwelijks. Als socioloog ben ik meer geïnteresseerd in menselijk gedrag en het begrijpen daarvan vanuit sociale verschijnselen (verschillen in macht, sociale definities van rollen, posities en situaties etc.) dan in de neurologische basis.

Maar wat Thiessen aanhaalt, is in elk geval consistent met wat ik aan sociologische literatuur ken over “in- en outgroup”. Met als belangrijk kanttekening dat daarin zelden de conclusie getrokken wordt dat verschillende groepen niet vreedzaam kunnen samenleven. Sterker: er is ook uitgebreide literatuur over hoe samenleven, ondanks tegenstellingen tussen individuele mensen en groepen, mogelijk is. Ik verwijs, als voorbeeld, naar de door Elias’ “Het civilisatieproces” geïnspireerde school die eigenlijk laat zien dat vreedzaam samenleven mogelijk wordt gemaakt door precies dat wat Thiessen onmogelijk acht: dat mensen, al dan niet uit welbegrepen eigenbelang, in staat zijn om hun natuurlijke neigingen te onderdrukken. Nou ja, voor wie daar iets meer over wil lezen: de socioloog Henk de Vos stelde, ook al naar aanleiding van de uitspraken van dhr. Blok, een mooi compact overzicht van de recente literatuur op.

Maar goed – we hoeven, ondanks dat er wetenschappelijk wel wat op valt af te dingen, dit deel van het betoog van dhr. Blok niet als geheel onzinnig te beschouwen. Wat ging er dan volgens mij wel mis?

Ten eerste: nog niet eens de suggestie dat etniciteit of cultuur kenmerken zijn op basis waarvan mensen anderen indelen in dichtbij / veraf, en dat er dus langs deze kenmerken scheidslijnen in de maatschappij kunnen ontstaan. Wel het weglaten van de mogelijkheid dat mensen van verschillende etnische afkomst / culturele achtergrond elkaar vinden in groepen op basis van kenmerken waarin ze wel overeenkomen. Daarmee reduceert hij mensen tot hun etniciteit / culturele achtergrond – en dat is zo ongeveer de definitie van racisme. Wat overigens nog niet betekent dat dhr. Blok een racist zou zijn, of racistisch handelt.

Ten tweede: de koppeling van multi-etniciteit / culturaliteit met failed state en burgeroorlog. Over het gebruik van de term “failed state” voor Suriname is al veel gezegd. Ik denk zelf dat de verwijzing, op een ander moment, naar Rwanda (Hutu’s en Tutsi’s) en Syrië (Soennieten en Sjiieten) de absurditeit daarvan voldoende illustreert – zie ook de rangschikking van staten op de Fragile States Index. Maar in algemener zin is ook hier weer wat wordt weggelaten van belang, namelijk dat burgeroorlogen langs etnische lijnen over het algemeen niet zomaar ontstaan, maar dat er ten minste twee voorwaarden vervuld moeten worden: 1) er moet een voedingsbodem zijn, m.n. ervaren ongelijkheid in toegang tot rijkdom en macht (denk aan Syrië), 2) er moet een zondebok worden aangewezen (Rwanda is een schoolvoorbeeld). En wat natuurlijk helpt, is als er sprake is van een zwak / afwezig (centraal) gezag. Dan is er ruimte voor wat Hobbes zag als de natuurlijke toestand voor elk menselijk samenleven: de “oorlog van allen tegen allen”. Let wel: Hobbes spreekt dus niet, en dat is in deze context niet onbelangrijk, van “groep tegen groep”. 

Hiermee kom ik op het derde punt waarom de uitspraken van dhr. Blok zo schadelijk zijn – geheel los van het racistische karakter.

Laten we nogmaals uitgaan van de gedachte dat de sociologen het fout hebben, dat beschaving een fictie is en dat de mens (in groepen) wel degelijk gedoemd is om de mens een wolf te zijn. Dan is er, in de woorden van Hobbes, “geen maatschappelijk leven; en, wat het ergste is, een voortdurende angst voor, en dreiging van een gewelddadige dood; het menselijk bestaan is er eenzaam, armoedig, afstotelijk, beestachtig en kort”. Inderdaad een rampzalig perspectief. Maar Hobbes is natuurlijk vooral bekend omdat hij een uitweg ziet: het is volgens hem noodzakelijk dat mensen “onder een gemeenschappelijke macht leven die allen ontzag afdwingt”. Leviathan, oftewel de sterke staat – een macht die sterk genoeg is om de natuurlijke menselijke neiging te onderdrukken om irrationeel, op basis van vooroordelen, te handelen (niet om zo te denken, hopelijk).

Een moderne vertaling daarvan is, volgens mij, de democratische rechtsstaat. Die doet net iets meer: hij biedt ruimte om vreedzaam samen te leven (en vruchtbaar samen te werken, zou een voormalig minister van Justitie hieraan toevoegen) en hij dwingt degenen die dat niet doen in het gareel (met drang en desnoods geweld). Een uitgebreider verhandeling over hoe dat werkt is na te lezen in de publicatie “Justitie = sociale cohesie” uit 2009, waarvan ik helaas alleen maar de Engelstalige versie digitaal ter beschikking heb. “Helaas” overigens vooral omdat daarin het “Woord vooraf” ontbreekt, waarin de toenmalige bewindslieden van Justitie de verbindende functie van de democratische rechtsstaat schetsen op een manier die ik hier maar even overneem, omdat ik hem niet kan verbeteren:




Wat ik nu concludeer, is dat dhr. Blok met zijn suggestie dat een multi-etnische / multiculturele samenleving nooit een vreedzame kan zijn, in feite ontkent dat de overheid binnen een democratische rechtsstaat de voorwaarden daarvoor kan scheppen. En dat is m.i. niet alleen een onacceptabel defaitisme voor een lid van het kabinet, het is ook het actief bijdragen aan een sfeer waarin het falen van Nederland als vreedzame samenleving mogelijk wordt.

Dat hij dat doet op een moment dat op veel plaatsen in de wereld gemorreld wordt aan de rechtsstaat en daarmee indirect ook aan de internationale rechtsorde, maakt het m.i. noodzakelijk dat het kabinet daarop reageert. En die reactie zal dan niet beperkt kunnen blijven tot het aanbieden van excuses of zelfs het wegsturen van dhr. Blok, maar zal moeten bestaan uit een expliciete visie op het versterken van de rechtstaat en het daaraan binden van allen in onze samenleving.

Ik weet nog wel een mooi vertrekpunt voor het verder ontwikkelen van die visie. In augustus 2008 verscheen de reactie van het toenmalige kabinet (CDA / PvdA) op het WRR-rapport “Identificatie met Nederland”. Daarin wordt duidelijk gemaakt hoe de rechtsstaat enerzijds ruimte biedt voor diversiteit anderzijds een basis voor binding en samenhang. De politieke verhoudingen zijn sindsdien veranderd, de verantwoordelijkheid van de regering om de rechtsstaat concreet vorm te geven en zo deze potenties te benutten, is daardoor echter zeker niet minder geworden.