woensdag 18 maart 2020

De toekomst telt


Ooit wilde ik een boek over strategieontwikkeling bij de overheid maken. Ik denk niet dat dat er nog van komt. Maar hoe de overheid nu omgaat met de uitbraak van COVID-19 en hoe daar in de samenleving -en vooral via (social) media- op gereageerd wordt, is voor mij wel aanleiding om een paar dingen op te schrijven, zowel over die uitbraak als over het nemen van beslissingen.


Er is geen 100% zekerheid, maar met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid geldt het volgende. 

Het probleem
Als we als samenleving niets doen, zullen er in Nederland duizenden en wereldwijd miljoenen doden vallen als gevolg van Covid-19. Het is natuurlijk niet zo dat die mensen niet dood zouden gaan als dit virus er niet was. Maar: ze gaan (veel) eerder dood en sommigen lijden meer dan wanneer ze aan iets anders dood zouden gaan. Dat wil je voorkomen.

Er is waarschijnlijk geen manier om alle voortijdige overlijdens te voorkomen en je moet ook rekening houden met de mogelijkheid dat wat je doet, tot gevolg heeft dat er direct of op termijn mensen voortijdig overlijden aan andere oorzaken dan het virus.

Er zijn diverse manieren waarop je het aantal voortijdige overlijdens kunt beperken. Dat betekent keuzes maken. Waarbij elke keuze niet alleen gevolgen heeft voor het aantal doden, maar ook van invloed is op wie voortijdig overlijdt.

Keuzes maken 
Op individueel niveau zullen artsen de onmogelijke keuze moeten maken wie de zorg krijgt die de kans op overleven vergroot en wie niet.

Op het niveau van de samenleving moeten bestuurders (de politiek) de keuzes maken die artsen in staat stellen zoveel mogelijk mensen de zorg te geven die hun kans op overleven vergroot.

Die keuzes zullen op beide niveaus met compassie genomen moeten worden, maar ook met distantie. Menselijk en zakelijk. Uiteindelijk gaat het om het zo lang mogelijk in leven houden van zoveel mogelijk mensen, bij voorkeur ook met een goede kwaliteit van leven.

Die keuzes, op beide niveaus, zullen de beslissers moeten maken in onzekerheid. Maar ze moeten ze maken. Op basis van wat ze wel weten en op basis van verwachtingen t.a.v. het effect. Wat daarbij kan helpen, zijn scenario's. Met scenario’s probeer je een idee te krijgen van wat er zou kunnen gebeuren, wat mogelijke reacties zouden zijn en wat de (on)bedoelde effecten daarvan zouden kunnen zijn. Dat kan heel specifiek maar ook los van concrete situaties. Strategen en beleidsmakers bij de rijksoverheid hebben in het verleden voor allerlei zaken scenario's gemaakt, ook over de mogelijke uitbraak van een pandemie.

Concrete keuzes maak je altijd in de context van bestaande structuren en beschikbare middelen. In het geval van een pandemie gaat het om structuren als gezondheidszorg, onderwijs, manier waarop in eerste levensbehoeften wordt voorzien (wat voor soort winkels, waar komt het eten vandaan, logistiek) en om middelen als ic-bedden, artsen, verpleegkundigen, beschermende kleding, tests, medicijnen, vaccins etc.

Leren en bijsturen
De (begin)context verschilt per land en mogelijk per regio. Je kunt daarom wel leren van wat elders gebeurt, maar dat betekent niet dat je kennelijk succesvolle keuzen één-op-één kunt overnemen. 

De context is niet statisch. Structuren en beschikbare middelen zijn geen vaststaande gegevens: ze kunnen veranderen door de keuzes die je maakt en sommige zullen veranderen, los van de keuzes die je maakt.
Vanwege de onzekerheid en de veranderende context, moet je voortdurend meten wat het effect is van wat je doet en op basis daarvan bijsturen. Dat moet je zo snel mogelijk doen, maar een probleem is dat je sommige effecten later ziet dan andere. Het is daardoor mogelijk dat je te snel reageert, op basis van onvolledige informatie, en daardoor verder van je uiteindelijke doel komt. Soms is traagheid goed.

Bijsturen betekent niet per se dat je in het verleden iets verkeerd hebt gedaan. Dat is ook niet belangrijk. Er wordt geen enkel voortijdig overlijden voorkomen door een discussie over wie wat wanneer anders had moeten doen. De toekomst telt.

Politiek
De keuzes op het niveau van de samenleving kunnen zoveel mogelijk geobjectiveerd worden, maar staan nooit geheel los van hoe degenen die ze maken tegen de samenleving aankijken en wat ze belangrijk vinden. Het zijn dus politiek keuzes.
Over politieke keuzes is debat nodig. Maar ook hoe je dat debat voert (bv. gericht op de toekomst of op het verleden) is van invloed op de aantallen voortijdige overlijdens en op wie dat zijn.